De komende twee weken maak ik het me eens gemakkelijk. Ik láát voor me koken. De kok van het buurtcentrum kookt (van maandag t/m vrijdag) voor 7,50 euro per dag een lekkere maaltijd. Tenminste ik hoop dat ze allemaal lekker zijn. Tot nu toe heb ik er drie geprobeerd en die waren goed binnen te houden. Behalve de maaltijd van de dag kan ik er voor 4 euro nog soep bij nemen. Maar dat doe ik niet. Wel koop ik zelf mijn toetje: de ene dag neem ik een fruit- de andere dag een zuiveltoetje.
Voor de zaterdag en
de zondag zal ik zelf iets moeten verzinnen. Zaterdag is voor mij standaard
twee boterhammen met gebakken ei en zondag verwen ik mezelf met een van mijn
eigen fijne recepten zoals, chili con carne, tortilla, goulash, spinazie met
kaas, bami, nasi, macaroni … Zelf koken kost me (inclusief gas, elektrisch en
water) hooguit 45 euro per week. Met dat
eten van het buurtcentrum ben ik zo’n 60 euro per week kwijt maar … dan heb ik tenminste
tijd over om films te kijken (zie verderop).
De maaltijd kan, nu de nieuwe coronamaatregelen van kracht
zijn, ook weer in het restaurant van het
buurtcentrum genuttigd worden. Ik ga het eten daar tussen 4 en 5 uur ophalen. Boerenkool met worst vandaag. Het is nog te vroeg om te gaan eten. Ik wacht
tot half zes. Dan moet de stamppot eerst nog even de magnetron in.
Om kwart voor zes heb ik m’n eten al op. Mijn ex-vriendin
vraagt zich regelmatig, hoogst verbaasd, af waarom ik altijd zo vlug eet. Dat
komt zo: ik ben de oudste zoon van een groot, tamelijk arm gezin: vader, moeder
en tien kinderen waarvan drie meisjes. Na verdeling van aardappelen, groente en
vlees blijft in elke pan altijd nog wel een
beetje over. Aan het eind van mijn eerste bord eten heb ik meestal nog honger. Het is dus belangrijk voor mij om die eerste
portie zo vlug mogelijk naar binnen te schrokken, om me als eerste te kunnen melden
voor de restjes.
De boerenkool smaakt goed; ‘t is alleen een beetje weinig
voor iemand met zo’n groot lijf als ik. Aan de worst heb ik genoeg; die is
heerlijk. Ik eet alleen weer eens te vlùg! In mijn gretigheid bijt ik met mijn
snijtanden snoeihard op het puntje van mijn tong. Tot bloedens toe. Het doet nu,
twee uur later, nog pijn (terwijl ik toch echt een hoge pijngrens heb).
Van 26 januari t/m 6 februari is het Internationaal Film
Festival Rotterdam (IFFR). Ik wil in die periode veel films kijken. Daarom kook
en schrijf ik even niet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten