Schoenen kopen doe ik altijd met Lara, een oud collega van mij. Dat scheelt een hoop getob. Een week van te voren bel ik haar. Dat het weer zo ver is. Leuke meid hoor, die Lara, niet zo mooi. Maar dat hoeft ook helemaal niet. Ze is scheel (links) en haar linkerbeen is iets te kort. ’t Belangrijkste: ze is aardig en behulpzaam. Probeer als een oude man zoals ik, maar eens iemand te vinden, die schoenen met je wil gaan kopen. Alleen lukt het me echt niet. Carola vrouw heeft er al jaren geen zin meer in. Het duurt bij mij allemaal veel te lang, vindt ze. Lara helpt me nu al bijna twintig jaar. We hebben al heel wat schoenen samen gekocht.
‘Je
schoenen vallen zeker spontaan van je voeten, Jee?’
Want daar bel ik haar eigenlijk alleen maar voor.
Een soms twee keer per jaar.
‘Ja, Lara, ik zie mijn tenen zowat al weer door
mijn schoenen heen.’
Schoenen kopen betekent bij ons: een middagje, afwisselend
in een stel schoenenwinkels en kroegjes in het Centrum rondhangen.
‘Kan ik u misschien helpen?’ vraagt de verkoper
van de schoenenzaak netjes.’
‘Nee, we kijken eerst liever zelf even. We
geven u wel een seintje als we een keus hebben gemaakt!’
Gemeen!! Want we willen daar he-le-maal niks kopen; veel te dure zaak.
We willen alleen maar een beetje lol trappen: veel schoenen passen, opzij
zetten en het schoenenzooitje daar achterlaten.
‘Sorry,’ zeg ik dan tegen die verkoper, ‘we
hebben helaas geen keus kunnen maken maar heeft u misschien een potje zwarte
schoensmeer te koop?’ Wel kinderachtig eigenlijk, hè?
‘Jezusmina Jee, trek voortaan schone sokken aan.
Jij zit me daar toch vreselijk te meuren!’
Lara probeert me over te halen rode laarzen te
kopen. ‘Die stonden je echt goed die bordeauxrode
laarzen, met een hoge hak. Als je daar dan een strakke spijkerbroek bij aan had, Jee, dan kon ik het echt niet
droog houden. Dat durf ik nú wel te zeggen.’
Ik wist niet wat ik hoorde, uit Lara’s mond nog
wel!
’Want, weetje Jee, door die hoge hakken kwam die
fiere bobbel van je in dat strakke
broekje zo prachtig uit. Ook je kontje trouwens. Maar ja, Jee, die tijd is
geweest, jongen.’
‘Hoe bedoel je, Lara?’
‘Nou ja,
Jee, je zal toch zelf onderhand ook wel in de gaten
hebben dat je er niet meer zo betoverend bent als een jonge meid. Je bent zeventig en dat ziet er toch
echt iets anders uit dan veertig!’
‘Ja, zo kan die wel weer, Lara.’
‘Je vraagt er zelf om, Jee.’
‘Jij bent toch ook onderhand wel een jaar of
vijfenvijftig, Lara?’ (Ik moet haar toch een klein beetje terugpakken.)
‘Nee, pestkop! Ik ben net vijftig en dat weet
je best. Als je liever alléén verder zoekt naar een paar schoenen, moet je zo
doorgaan.’
Bristol is zoals gewoonlijk het eindstation. Daar
slagen we altijd. We kopen, zonder dat we lastig gevallen worden door hijgerig
verkooppersoneel, een paar zwarte laarzen met een gewone hak.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten