Mijn fiets kan ik nog net kwijt tussen een plark
dronkemanskots en een reuzachtige dobermannspinchershoop. Ik moet hier, bij die
viezigheid, toch echt even stoppen om
mijn regenpak aan te trekken. Het is vrij kil, deze zondagochtend. Er staat een stevige zuid-westenwind. Kort na
mijn vertrek begint het te miezeren. Ik
fiets vanuit hartje Rotterdam naar Zuid. Altijd als het regent kies ik de route
door de Maastunnel. Dan zit ik tenminste nog 5 minuten droog op mijn fiets Vervolgens
ga ik over de voormalige
Europoortspoorlijn richting Rockanje. Dat is echt een lekker fietspad; geen auto in de buurt, dus ook geen
gore uitlaatgassen.
Er zijn vanmorgen weinig mensen actief. Joggers en
wielrenners zijn op de vingers van twee
handen te tellen en dat gedurende een fietstocht van bijna twee uur. Het zal
wel aan het weer liggen; het wordt steeds druileriger.
Ik ben zelf geen wielrenner. Dat wil niet zeggen dat ik op
dit soort tochten niet stevig doorfiets. Vooral sinds ik een speciaal stuur heb.
Een ossekopstuur. Een ovaalvormig stuur, dat met de punt schuin omhoog midden
op een gewoon fietsstuur staat. Voor de ellebogen zijn er speciale steunen
gemonteerd. Door met beide handen dat stuur hoog vast te houden en rug zo ver mogelijk te krommen, ontstaat een houding die snel
fietsen bijna afdwingt. Dat doe ik dan ook; zeker met de wind mee. Maar … een
wielrenner ben ik beslist niet. Ik kies
er voor om steeds een andere route te fietsen. Dat betekent dat ik me heel
afhankelijk opstel van de door de overheid geplaatste wegwijzers. Eigenlijk moet
ik dat toch wat minder doen. Vandaag had ik daar achteraf spijt van. Ik volg, op
de terugweg, keurig de borden richting Rotterdam … nog 9 kilometer wordt op zeker moment aangegeven
… dan splitst de weg zich in één deel schuin naar links en één deel schuin naar
rechts. Ik mag zelf kiezen … kies de verkeerde dus en ben een halfuurtje natter thuis.
In feite kom ik altijd nat thuis. Ik zweet als een otter als
ik lange afstanden fiets. Sokken, onderbroek T-shirt en jack moeten bij thuiskomst worden uitgewrongen. Bijna ben
ik thuis als ik mijn vrouw, zie wegfietsen. Hééééé schreeuw ik, wat ga je doen?
Ze gaat naar het huis van Loes, haar
vriendin.Haar poes eten geven. Loes is op wintersport.
Thuis ga ik gelijk (zo heet mogelijk) douchen, daarna relaxen onder de zonnebank dan schone kleren aan. Goed dat ik gefietst heb vandaag: ben moe en ontspannen tegelijk. Het is vanmiddag mijn kookbeurt. Altijd op zondag. Vandaag staat op het menu: ossenhaas met rode kool. Ik weet dat mijn vriendin het niet zo heeft op rode kool. Maar ik weet zeker, dat die verrukkelijke ossenhaas alles goedmaakt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten