Ik ga vanmiddag niet wandelen. Nog veel te veel last van mijn knie. De wandelclub gaat naar een beeldententoonstelling in het centrum. Kunstzinnige beelden bekijken, met een hart als hoofd. Het is een actie van ‘Heart Work Heroes’. Het wil laten zien dat Rotterdam 'Heart' voor de zorg heeft, het is de allereerste Heart Work Heroes-stad. Niet zo maar, want zowel kunst als zorg doen er hier toe.
Maar goed … ik loop niet
mee. Ik ben bij de fysio geweest:
verrekte knieband is zijn diagnose. Ik moet wel een beetje in beweging blijven
… kleine endjes lopen en als het goed gaat steeds een beetje verder. Fietsen is voor deze kwaal een prima
beweging. Niet te zwaar trappen. Luchtigjes
de pedalen rond laten gaan. ’t Gaat me
zeker acht weken kosten, volgens de fysio. Twee weken zijn voorbij … nog zes weken, dan kan moet ik weer
gewoon kunnen lopen, hoop ik. Ondertussen
oefenen, hè. Elke dag een beetje verder proberen te komen. Nu lukt het me van
huis, heen en terug naar het winkelcentrum in twaalf minuten (normaal zeven).
Ik heb geen zin om vanmiddag thuis te blijven zitten. Ga
naar de bios. Cinerama. Ik kan wel gaan fietsen maar er dreigt regen. Dus dat
wordt het niet. Ik neem de metro. Ruim twee
uur ga ik film zitten kijken. De film heet ‘Mothering Sunday’. Speelt in
Engeland, aan het eind van de 19e eeuw. Gaat over een meisje in dienst
van een Engelse familie. Het dienstmeisje neemt ontslag. Ze gaat in een
boekwinkel werken. Gaande weg ontwikkelt haar schrijftalent en wordt een beroemdheid.
Ik erger me aan twee dames.
Twee grijze koppies. De een stijl, de ander krullen. Allebei tot op de
schouders. Krakende stemmen. Ze zitten een rij voor me te knisperen met een zak
chips en met volle mond commentaar geven
op de film. Dat ze zelf niet begrijpen
hoe hinderlijk ze bezig zijn. Ik zou ze wel door elkaar willen schudden. Het lawaai duurt nu al een kwartier. Ik stop
mijn vingers in mijn oren; probeer of
het helpt. Ja, het helpt! Maar dan hoor ik gvd niks meer van de film en de
muziek. En om naar een stomme film, met ondertiteling, zonder muziek te kijken is niet meer van deze
tijd. Vijf minuten zit ik met mijn
vingers in mijn oren en mijn ogen dicht te oefenen, hoe ik die wijven stil kan
krijgen: ‘Dames stop alstublieft met dat kraken en praten (eigenlijk wil ik
zeggen’ ouwehoeren’ maar dat is gelijk weer zo grof)’ … ‘Ik kom hier voor die
film dames, niet voor uw getetter … uw geluiden storen mij …’
Ik kom er niet uit. Besluit dan maar de weg van de minste
weerstand te kiezen. Ik ga hier weg. Driftig sta ik op en tegelijkertijd voel ik een gemene pijnscheut in mijn knie.
Zonder enig nadenken flap ik er uit:
’Dames, u zit niet thuis voor de televisie, hoor! U zit in de bioscoop. Stilte
graag.’
Ik hoor ze niet meer. Kan ik toch nog een half uurtje van die film
genieten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten