Na de fitness van deze woensdagochtend, raak aan de praat met Halina, een van de vier gymmaatjes. Ze zal zo’n zestig jaar geleden in Indonesië geboren zijn. Voor de lol zegt ze, als het over buitenlandse Nederlanders gaat: ‘Ik ben een Chinees.’ Veel hebben we in die drie jaar dat we met elkaar sporten nog niet met elkaar gesproken. Zo terloops heb ik tegen haar wel eens gezegd dat mijn vader en mijn ex ook in Indonesië geboren zijn. Vindt ze leuk om te horen. Ze wilde gelijk weten waar ze dan geboren zijn. Nou, mijn vader in Tjimahi en mijn ex in Pangkalpinang. De plaatsen kent ze wel. Ze komt zelf uit Borneo. En eigenlijk is er sindsdien sprake van een kleine klik. We peppen elkaar tijdens de oefeningen op, zonder woorden; met een glimlach, een bemoedigend knikje of een schouderklopje. Ik kan die aanmoediging wel gebruiken. Stijve hark dat ik er ben. Zij heeft helemaal geen steuntje nodig. Ze lijkt wel van elastiek. Moeiteloos voert ze alle oefeningen uit. Het zou mij niet verbazen als ze Indonesisch fitness-kampioen is geweest.
Halina is al bezig
haar ebike van slot te halen, als ik uit de sportruimte kom aangelopen. Mijn
fiets staat toevallig naast die van haar. Alleen bij harde tegenwind schakelt
ze het motortje van haar ebike in, ze moet in conditie blijven. Mijn fiets
heeft eenentwintig versnellingen, waarvan ik er nog nooit meer dan twee gebruikt heb: in zijn drie en zijn zeven fietst het gewoon
het lekkerst.
Het is alweer een prachtige dag. Hemelsblauwe lucht. Nog wel een beetje fris.
Ik ga vandaag een wat langere fietstocht maken, naar Rhoon. Halina weet
natuurlijk niet dat ik daar een paar dagen geleden ook al was. Dat laat ik maar zo. Ze laat wel gelijk merken
dat ze weet waar Rhoon ligt. Eerlijk gezegd, denk ik, dat ze hier de weg nog
niet zo goed weet. Maar ze zegt daar wel
eens te komen … met metro gaat ze dan.
Ik zou ook met de metro naar Rhoon gaan, als het slecht weer zou zijn;
maar fietsen is een stuk beter voor mijn conditie. Ik weet niet goed waarom,
maar ze moet daar een beetje om lachen. Dat zie ik haar voor het eerst vandaag
doen. Ze lijkt dan wel van elastiek maar ze ziet er niet echt gezond uit. Ze is
lijkbleek, heeft dikke wallen onder haar ogen en heeft behoorlijk ondergewicht.
Vanmiddag ontvangt ze wat mensen bij haar thuis. Mensen die
net als zij christelijk zijn. Samen ondersteunen ze een school voor de
allerjongste kinderen in Borneo. Door de giften van Halina’s groepje kan de
school blijven bestaan, inclusief leermiddelen en personeel. Anders zou er helemaal
geen school zijn voor die kinderen. In Indonesië is geen leerplicht. De
overheid zorgt dus niet voor scholen.
Halina gelooft in de Almachtigheid van God. Hij stuurt Zijn
Zoon naar de aarde. Hij laat Hem lijden. Daar dat lijden kunnen de zonden van
de mensen vergeven worden. We staan nog steeds bij de fietsen en ineens vraagt
ze of ze voor mij mag bidden. Dat kan
geen kwaad, denk ik. Werkelijk, nog nooit eerder heb ik iemand zo intens, met
zo veel passie, smekend bijna, zien bidden voor mijn zielenheil en … een goede
reis naar Rhoon.
Op de terugweg, ter hoogte van de Euromast, valt mijn fietsketting
‘er’ vanaf. Krijg hem er niet meer op.
Godzijdank was het nog maar tien kilometer lopen naar huis.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten