zaterdag 2 januari 2010

Vijfenzestig gulden schoon

Mijn vader heeft altijd keihard gewerkt en hij heeft altijd ontzettend weinig verdiend. Mijn moeder is gelukkig een bijdehante vrouw; hoe weinig geld er ook is, ze komt er mee uit. We leven in de jaren vijftig. ‘De buren hoeven niet te weten, dat we het niet breed hebben,’ zegt ze. Met de afdankertjes van de familie gaan mijn drie zussen en ik goed gekleed over straat. Ma komt nooit buiten. Pa is altijd weg; hij werkt op cruiseschepen.
‘Wat zie je bleek,’ zegt meester Camps en ‘je wordt zo mager, jongen.’
Hij schakelt de kerk in; wij zijn namelijk zogenaamd katholiek. De kapelaan stuurt een maatschappelijk werkster op ons af. Ze komt binnen en verstijft bij de aanblik van ons huur-tv-tje van minstens honderd jaar voor Christus.
Ze zegt: ‘Het is uiteraard’ (tsjiesus wat bekakt) ‘ondenkbaar mevrouw’ (ze praat tegen mijn moeder) ‘dat we u kunnen helpen, voordat u dat ding’ (trekt een vies gezicht en kijkt naar de tv) 'hebt weggedaan'. Natuurlijk is die trut er bij ons niet meer in gekomen. Rot op zeg!
We hebben dat kassie gewoon laten staan en op den duur kopen we ze steeds mooier, steeds groter en dan ook nog in steeds fraaiere kleuren, onder het motto: waarom hun wel en wij niet.
Als gewoonlijk met de Kerst op het menu: wit slap KingCorn-brood belegd met wat Zeeuws meisje en een klein kutbeetje kristalsuiker. Heerlijk. Dik worden we er niet van maar ziek zijn we nooit.
Vijfenzestig gulden schoon…..een interview van televisiecoryfee Mies Bouwman met een persoon, kostwinner van een gezin van zes personen. Schokkend! De man verdient potverdikkeme slechts vijfenzestig gulden per week.
De reactie van de kijker liegt er niet om:
'hoe is het mogelijk'……..
'hier in Nederland nog wel'
'ongelooflijk…….'
'pure armoede….
'een grof schandaal'
'overdreven'
'dit kan niet waar zien'
'zeker weer die socialisten' ……en dan is er ook nog wel een spoortje bewondering als het besef doordringt, dat dit gezin het redt met zo weinig.
Wekelijks stuurt mijn vader vanuit een postkantoor in New York, Melbourne, Marseille of waar ook ter wereld een cheque van maar liefst vijftig gulden schoon naar mijn moeder in Rotterdam; en elke week is er nog blij mee ook. Steeds komt ze er weer mee rond. Maar, allemachtig nog an toe, wat wat zouden we bij ons thuis rijk geweest zijn met die 15 piek er bij. Zonder gekheid: rijk.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten