zondag 24 januari 2010

Here in het verkeer

Pleur op godgloeiendegodverdomme. Stelletje goor onbeschoft christelijk schorem. De voorgaande krachttermen zijn bestemd voor de zeer strenggereformeerde, asociale kutfietsers uit Zwijndrecht en omgeving. Ik fiets 's morgens vanuit Rotterdam naar mijn werk in Zwijndrecht.Zij fietsen ’s morgens naar school. Naar de enige vervloekte streng-christelijke pleuris-scholengemeenschap in hun buurt. In Rotterdam nog wel. In wereldhaven nummer één. Naar de hel met de vrijheid van onderwijs zolang groeperingen met vijftiende eeuwse principes in dit soort scholen hun kinderen laten indoctrineren. Waarom trouwens zo´n kutschool niet gewoon neergezet in Zwijndrecht of Capelle aan den IJssel? Daar horen deze gereformeerde godsgebodenneukersscholen thuis, als ze er nu toch eenmaal moeten zijn. Maar beslist, beslist, beslist, niet in Rotterdam. Om één ding ben ik zó hemels gelukkig: ’s avonds rotten die psalmenzangers weer op naar waar dat hypocriete tuig thuishoort. Alwaar het nog steeds naar ze stinkt. Dat is gemakkelijk voor ze. Want dan kunnen ze met hun ogen dicht en hun neusgaten wagenwijd open naar Zwijndrecht terugfietsen. Dat ze dit geloof aanhangen is al gods geklaag maar minstens zo erg is hun godsgruwelijk fietsgedrag.
Deze zeer gelovig opgevoede jongetjes en meisjes, hinderen mij als tegemoetkomende fietser op ongelooflijke, bijna duivelse wijze.
Hoe dan, vertel, vertel maar blijf alsjeblieft rustig.
Zij fietsen altijd in een groep. De groep bestaat gemiddeld uit 12 personen: en deze twaalf personen zijn vanzelfsprekend van hetzelfde geslacht.
Terzijde: in dit milieu misbruikt vader zijn dochtertje als het enigszins mogelijk is, van haar wieg tot zijn graf, dààr is niets mis mee…………. maar puberdochters worden geen vrijheden toegestaan jegens puberjongens ………………… nee papa zou dan misschien wel wat tekort gaan komen.
Welnu het gelovige tuig rijdt met zoveel mogelijk personen naast elkaar. Dus op een eenrichtingsfietspad is dat drie á vier fietser naast elkaar; op een tweerichtingen fietspad is dat zes à zeven fietsers naast elkaar en op een gewone auto rijbaan is dat tien fietsers naast elkaar. En gaan deze bijbelvaste leerlingen opzij na een belletje of een toetertje van een achterop komende fietser, bromfietser, scooterrijder, motorrijder, of automobilist……..of het nu een vrachtwagenbestuurder, autobuschauffeur of een ambulancechauffeur met aan boord aan zwaar gewonde patiënt is. NEEN, deze praktiserende juniorverkondigers van Gods woord gaan geen centimeter opzij. Ze blijven doodleuk lachend, pratend, elkaar een beetje dollend, lezend (in die kankerbijbel natuurlijk) net doen alsof de hele wereld om hèn draait, alsof er niets of niemand anders ook gebruik zou willen maken van deze weg alsof op een dag God heeft besloten dit weggetje uitsluitend voor deze oerlelijke fietsende bijbelratten te scheppen.
Als medeweggebruiker heb ik geen zin om me door die goddelijke bende te laten vernederen: extra vaart maak ik als ik zo’n stoet zie aankomen en het zal ook die twaalf fietsapostelen duidelijk zijn dat ik in volle vaart door de groep heen zal knallen. Hoe het precies gaat weet ik niet. Ik houd mijn ogen een paar seconden stijf dicht. Als ik mijn ogen open, zie ik geen groep meer. Kijk ik om dan zie ik ze op de rug. Blijkbaar opent de groep zich op een bijbelse wijze, zoals de Rode Zee dat deed toen Jezus er even door moest.
Tot mijn grote verdriet zie ik honderd meter verderop de volgende JezusChristusTeringGroep alweer komen aanfietsen. Het zijn wel altijd de lulhannessen die op de buitenbaan fietsen. Bleek, rood peenhaar, sproeten, dun, mager, klein, brilletje, een korte broek, ook als het eigenlijk te koud is voor een korte broek. Je ziet ze als het ware schreeuwen: ‘mag ik er bij…..Kaïfas mag ik alsjeblieft tussenin fietsen, anders ik voel toch al zo vreselijk alleen.’ ‘Neen’, roept Kaïfas dan bits; hij is zo'n grote vent met een dikke kop, de leider, meestal heeft hij een kostuum aan , een wit overhemd en een stropdas ook, ‘jij blijft aan de buitenrand fietsen, ik wil je voorlopig niet horen.’
Met tegemoetkomend verkeer zal dit zich op de tweewieler misdragende godsvolk meer rekening moeten houden. De fietsgroep kan immers niet dwars door autobussen en vrachtwagens heen. De eenzame fietser kan nog tot afstappen worden gedwongen; hij kan desnoods de sloot ingedrukt worden.
Het geduld dat chauffeurs en fietsers al jarenlang hebben met de satanisch sarrende christelijke fietsende scholieren is natuurlijk eens een keer op. Uiteindelijk heeft één achterop komende vrachtwagenchauffeur slechts één keer even flink veel gas hoeven te geven. Hij loste daarmee het probleem voor altijd en eeuwig op. Nooit meer zullen ze andere verkeersdeelnemers hinderen. De Heer zij geloofd en geprezen. Momenteel liggen zeker vier jeugdige bijbelkenners (drie lulhannessen en een leider, ja ook Kaïfas) opgebaard in een walgelijk meurend stijf christelijke rouwgelegenheid in Zwijndrecht. Drie liggen zwaar gewond in het ‘Artikel 39-Vrijgemaakt Ziekenhuis’ (gelukkig ook in Zwijndrecht zelf) . De oudsten uit de achterlijkheid Zwijndrecht hebben nog niet besloten of hun kinderen door hier op aarde opgeleide dokters behandeld mogen worden. De theorie van de Schriftgeleerden is immers dat je gaat als God vindt dat het je tijd is. Een polioarmpje, een openruggetje, een kasplantjesleven, een idiootje, een mongooltje, een belachelijk voorkomen, een of meerdere kindjes ter wereld brengen van je eigen vader: het maakt allemaal niet uit zolang als God het wil. Dus als God wil, dat die vrachtwagenchauffeur even voor God speelt, is dat intens jammer. Einde verhaal voor die vier. Of die drie in het ziekenhuis het gaan redden is zeer twijfelachtig. Vier en drie is zeven….er zijn dus nog vijf over. Voorlopig kan dat vijftal zeker zes weken fietsen noch lopen; het stel mag in een scootmobiel naar school en ter kerke. Aldaar kunnen de vijf wat preken over behoorlijk verkeersgedrag of iets dergelijks. Opdat er voortaan voor álle gebruikers van Gods weg weer wat meer aardigheid aan is om heen en weer te rijden tussen Zwijndrecht en Rotterdam.
Als De Here God Het Wil Verdomme .

Van de twaalf aangereden fietsen hebben leerlingen van het tweede jaar van de Fietsenmakersopleiding Rotterdam (FOR) nog elf prima fietsen kunnen maken.
Deze zijn verkocht voor in totaal drieduizend euro. Dit bedrag is overgemaakt aan de echtgenote van de vrachtwagenchauffeur die de Zwijndrechtgroep aanreed. De chauffeur is met een shock opgenomen in het psychiatrisch ziekenhuis Hosanna in Zelsloterwage. Getraumatiseerd.
Zijn gezin leeft nu van een zeer lage niet toereikende uitkering. Dat deze chauffeur een heldendaad verrichtte zullen maar weinigen zich realiseren. Aan deze weinigen wordt verzocht, als een soort genoegdoening en blijk van waardering aan deze man en zijn gezin, de komende jaren twee procent van hun inkomsten over te maken, opdat hij en zijn kinderen nog een enigszins normaal menselijk leven zullen kunnen leiden.
Het gironummer is 7388765 tnv Fam. C. Sujez te Teelbehm (Dr)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten