zondag 19 juni 2011

Onverwacht bezoek

Geheel onverwacht komen vanochtend mijn broer Jef en zijn vrouw Karin op bezoek. Meestal weten we dat al drie à vier weken van te voren als ze op bezoek komen. Zo werkt het bij hun en zo werkt het nu eenmaal bij ons. Nu zijn ze toevallig in de buurt, dus denken ze: ‘kom laten we eens bij Jee en Ca langs gaan’. Jammer voor hun is Ca er nu even niet. Ze is naar de markt, zoals gewoonlijk op de zaterdagochtend. Ik ben bezig met het voorbereiden van mijn vakantie. Aanstaande woensdag ga ik fietsen richting Zuid-Frankrijk.

Karin ziet er goed uit. Rond en gezond, zoals ze er eigenlijk al haar hele leven uitziet en dat is geweldig, omdat enkele weken geleden bij haar borstkanker geconstateerd is en zowel links als rechts,  borstbesparend, kankergezwellen zijn verwijderd. Bovendien is een chemokuur nodig en moet er bestraald worden. Karins kilootjes hebben er vooralsnog niet onder geleden. Ik moet er niet aan denken dat er opeens een scharminkelig Karintje bij me zou binnen stappen. Ze lijkt me eerder een beetje zwaarder geworden. Maar wat me nog het meest verbaast is dat haar haar zo leuk zit. Daar moeten Karin en Jef behoorlijk om lachen. Karins haar zit inderdaad geweldig, net even iet anders, iets speelser, punkiger dan anders. Het is een leuk kortgeknipt blond koppie. Maar...... het is wel een pruik! Karin is namelijk door die hard ingrijpende behandelingen al haar haren kwijtgraakt.  Zo komt het ook dat ze nu bij mij in de buurt zijn: de pruikenshop is hier om de hoek.
Ze oogt wat kwetsbaarder dan normaal, Karin, wat verlegener. Niet vreemd als je zo’n klap te verwerken krijgt.  De behandeling mag dan van haar voorlopig een kale vrouw hebben gemaakt. Zoals  het zich nu laat aan zien slaat die goed aan:  de groei  van kankercellen in haar lijf lijkt tot staan te zijn gebracht.

’Ander onderwerp’, schijnt Karin te denken want ze wil opeens van me weten wanneer mijn opa, de vader van mijn vader overleden is.  Karin is bezig met een stamboom te maken van onze  familie. Ik weet die overlijdensdatum niet precies. Wat ik wel weet is dat ik veertien jaar was en dat het in de herfst was. Oktober of november 1964. Stamboommakers hebben natuurlijk niks aan een dergelijk gegeven. Gokken is er niet bij. Dat zou wat moois wezen.

Ik weet het niet helemaal zeker maar ik flap er tegen Karin en Jef uit dat opa en oma zichzelf drie jaar na elkaar van het leven hebben beroofd. Althans en dat benadruk ik nog maar eens: ik heb het vermoeden. 
Vrij kort na de dood van opa zit de hele familie treurend bijeen in opa's benauwde, sombere  tweekamerwoninkje in de toch al zo mistroostige Pompstraat in Charlois. Nog nooit van mijn leven, heb ik zo’n  sterke gaslucht geroken, als in het uurtje rouwen in dat naargeestige huis. Nog nooit. Als  ik er wat over zeg, over die stank, zachtjes, bijna fluisterend in mijn moeders oor, krijg ik voor het eerst van mijn leven een klap voor me kop van haar. Ik snap er echt niks van ik zeg alleen maar wat ik ruik. Daarom denk ik ook dat de dood van opa met die gaslucht te maken heeft. Waarom moet mijn moeder me anders een jens geven.

Mijn oma verdenk ik er dus ook van. Drie jaar lang is ze diep verdrietig om de dood van opa en dan ineens is ze dood. Op haar gezicht gevallen. Van het steile trappetje, dat leidt van haar benedenwoning naar de tuin. Een tuin waar alleen wat groen zit tussen de stoeptegels. Hartaanval, zegt de huisarts. De dokter zegt, misschien uit piëteit voor de familie, niks  over het extreem hoge alcoholpercentage in haar bloed. De familie weet wel beter! In haar verdriet om opa, raakt ze verslaafd aan alcohol. Ze drinkt zichzelf dood; ze zoekt een snellere weg naar opa toe.  Een hartaanval? Kan best. Het laatste zetje. De talloze citroentjes met suiker hebben dan het zwaarste sloopwerk al gedaan.

Karin wil nog even helemaal niet 'uitstappen'. Zij  gaat de dood met kracht te lijf en lijkt voorlopig te gaan winnen. Haar eigen echte blonde koppie zal ze ook wel snel genoeg weer terug hebben en voorlopig is ze zoooo mooi met dat pruikie op d’r kop! Het doet me deugt dat ik ze, na die hectische maanden,  weer zo lekker relaxed naast elkaar zie zitten, mijn broertje Jef en mijn schoonzusje Karin. Te vroeg juichen doen we natuurlijk niet maar het ziet er heel gezond uit zo.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten