vrijdag 10 juni 2011

Rozengeur

In eerste instantie schaamde ik me kapot voor mijn vrienden over mijn vrijpartij met Dinie. Hun schimpscheuten hoorde ik in gedachten al,  terwijl ik toch onbeschoft lekker met dat wijf had staan vrijen. Onbeschoft lekker? Nou ja, zo onbeschoft lekker als je rechtopstaand vrijen kan dan.  Face to face, nog in de kleren, slijpend en een beetje tongen; niet bepaald om van klaar te komen. Zelfs niet voor een patente knaap van vijftien. Wat deden we nu helemaal? Tongen! Okee, dat is een beetje intiem en voor mij als  vijftienjarige ook de limit…. net als trouwens voor Dinie; zij was nog geen eens veertien. Ze wilde eigenlijk liever gelijk door naar huis maar omdat ik het ‘zo lief’ vroeg bleef ze nog even bij me.

Dan de dag er na. Ik was nauwelijks wakker of twijfels bekropen me. 
Dinie was spontaan; een tikkeltje naïef en had gevoel voor humor.  
Ze was heel klein en veel te dik.
Maar vooral: heel tof!
Tieten had ze niet. Althans geen duidelijk zichtbare.
Een achterste? Nou en of! Een achterste van de buitencategorie. Nu al, nog geen eens geen veertien! Feestbillen en feestoren ….ook  king size!
Maar moet iedereen dan voldoen aan hoge schoonheidseisen? Dinie is niet mooi maar wel  supertof!

Wij vreeën dus staand; met de kleren aan. Precies op het moment dat ik haar op die hoek ‘zo lief’ vroeg nog even bij me te blijven, gaf ze zich aan me over. Toen al. Dat voelde ik. Bij mij kwam dat wat later, die overgave ...... zij straalde al gelijk zoiets uit van: alleen de dood zal ons scheiden.
Ze rook toch altijd zo lekker.  Dinie wàs de geur van de grote donkerrode roos. Heerlijk zoet en zacht. De geur die mijn schaamte voor haar voor altijd zou verdrijven.

Zo kort na die vrijpartij, zag ik mijn vrienden liever even niet. Ik wist wel wat ze zouden gaan zeggen. Dat was niet veel goeds. Ik moest het lijdzaam ondergaan. Als vriend Arie gisteren met Dinie had gevoosd, zou ik vandaag ook mijn partij meezingen in dit ‘vriendenkoor’.
René: ‘Jezus, Jee, was jij dat  nou echt gisteren met Dinie-mini?’
 Arie:  ‘Je bent toch niet blind man?’
Peter: ‘Had je een boodschappentassie over je kop getrokken, jongen?’
Cees:  ‘Kan je nou niks echt beters krijgen?’  
Ger:    ‘Toch niet meer dan één avondje hè, Jee?’
Jan:    ‘Hebbie die reet gezien van die dikke pad gezien, man? Het lijkt wel een zak aardappelen.’
Henk: ‘Weet je Jee, ik word bekant misselijk als ik Dinie zie’.
Tom:  ‘Dat stekeltjeshaar staat haar prima, Jee.  Jammer dat haar grote flappers dan zo opvallen.’

Mijn vriendjes zijn denk ik een beetje jaloers èn ze hebben gelijk, want Dinie is geen schoonheidskoningin. Zeker niet. Ze is wèl een toffe meid. Gisteravond was mooi met haar. Nee, niet alleen het vrijen. Natuurlijk was dat lekker maar ook het dansen was leuk; de gesprekjes; de gein over van alles. De ontspanning, ja, dat vooral. We waren reuze-relaxed bij elkaar.  Het klikte……en………. die geur, wat rook ze toch lekker, die zalig zoete onvergetelijke rozengeur.

Een paar mooie  jaren hadden we samen Dinie en ik. Ze is nu al weer een tijdje dood. Tweeënveertig jaar geleden. 10 juni 1969. Hersentumor. Ze was godverdomme net achttien! 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten