donderdag 2 september 2010

Een dag per jaar (4) Coricia

Nee, dank je wel, even geen doorligwonden meer voor mij en zeker niet samen met een travestiet in opleiding de wijk in. Mijn voorkeur voor deze dag is iets niet te heftigs doen in verpleeghuis ‘Bessola’ bij mij in de buurt.

Ik ga eerst mee met Coricia. Een kreng van wijf. Ze is verzorgster hier. Ze klopt op de deur van een kamer en stuift gelijk naar binnen. Ik volg haar, zij doet de vaat….ze zet mij aan de afdroog. Het zijn maar piepkleine afwasjes. Coricia haalt het bed af, maakt het weer op en verzamelt de vuile was: voornamelijk handdoeken, washandjes, theedoeken, laken, sloop, slipjes, kousen en nachtpon. In de ene kamer is de rotzooi groter dan in de andere.

Hier valt het mee, maar in de volgende liggen kranten en tijdschriften naast het bed van meneer. Niet netjes op een stapeltje maar alsof er mee gevoetbald is: alles door de kamer getrapt. Chipszakken zijn opengemaakt, half opgegeten en vervolgens opengescheurd op de salontafel neergegooid; een deel van de inhoud ligt er naast. Drie flesjes bier zijn aangebroken, een is er omgevallen, de pils is nu een kleverige vlek, zowel op de tafel als op het zeil; van de twee andere flesjes is de een half leeg en de ander halfvol; die staan dus te verschralen.
Coricia, hooguit 1,60 m. hoog, zet de stem op van de autoritaire gevreesde hoofonderwijzeres en buldert:
‘ Meneer Koekoek, u heeft er weer een vreselijke bende van gemaakt?’
‘Kom nu onmiddellijk uw bed uit, meneer Koekoek, en een beetje gauw!’
‘Nee, nee, ik ben nog zo moe, Coricia,’ zegt Koekoek, die in zijn donkergroene pyjama met zijn rug naar ons toe ligt, ‘ik kan niet uit bed.’
‘Als u zo veel troep kunt maken, meneer Koekoek, kunt u ook uw bed uitkomen op te ruimen. Gauw!’ en om haar woorden kracht bij te zetten stampt met een eettafelstoel hard op de grond. Als ze dit doet, kijkt ze me lachend aan. Ze jaagt hem alleen maar een beetje op stang, wil ze zeggen, hij kan immers toch zijn bed niet uitkomen.
‘Nee, Caricia, nee,’ koekoekt hij.
Terwijl Caricia raast en tiert maken we gezamelijk de kamer aan kant.

Op weg naar de volgende kamer, vertelt Coricia me dat meneer koekoek, hoogleraar economie aan de Erasmus Universiteit was. Hij is nu 97; het laatste halfjaar gaat het ineens snel bergafwaarts met hem…..........lichamelijk .....maar vooral geestelijk.
‘Kan je hem niet met een klein beetje meer respect behandelen….ik vind dat je behoorlijk grof doet tegen hem,’ zeg ik.
‘Hij vindt het juist leuk, dat hij op zijn donder krijgt van mij,’ zegt Coricia.
‘Ik geloof er helemaal niks van. Ik vind het beneden alle peil wat je doet.
Ik zou niet willen dat mijn vader zo bejegend zou worden. Trouwens zou jij willen dat een verzorgster zo om zou gaan met jou vader?'
'Meneer Koekkoek is niet jouw of mijn vader. Ik werk nu ruim zeven jaar bij hem. Nog nooit heeft hij over me geklaagd. Dus waarom zou ik me anders gaan gedragen. Blijkbaar vindt hij het okee,' aldus een gepikeerde Coricia.

We lopen in rap tempo ‘klop,klop’ de kamer van mevrouw Beumer-Goedhart in. Daar zit een vrouw van tegen de tachtig op een kunststofstoel. Geheel ontkleed, ze wordt gewassen….…..
'Goedemorgen' zegt Coricia, zowel mevrouw als verzorgende staan perplex door de entree van Coricia en mij, die natuurlijk bijzonder ongelegen komt. Maar Coricia is al spulletjes aan het verzamelen voor de was en de vaat, ondertussen haalt ze een doekje over de tafel, gooit wat snoeppapiertjes in de afvalbak, zet wat frutseltjes op hun plaats en mij aan de afwas.
Leuk type die Coricia……….hoop dat ik er te zijner tijd, als kwetsbaar oudje, nooit zo'n muts zal treffen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten