zaterdag 22 januari 2011

Brommer (2)

Mam zegt dat  je bij Brofi’s bromfietsen op afbetaling kan kopen. In drie jaar tijd. In zesendertig maanden dus. Elke maand zes à acht piek. Zo moet die brommer worden afbetaald. Ze denkt dat we wel zes gulden per maand wel kunnen missen. Nou, ik denk het niet! Ze vergeet er wel mooi de benzine en het onderhoud  bij te rekenen, dus zeg ik haar, dat we zeker op een tientje per maand moet rekenen.
Zelf vind ik dat het te veel geld kost. Maar het lijkt haast wel of ik mam er een heel groot plezier meedoe om dat ding te gaan kopen. Dus koop ik er een, een Magneet. Alleen dikke vijftigjarige mannen, met knalrooie jeneverkoppen en smerige, smoezelige brommerjacks,  rijden op een Magneet…..en ik dus. D’r was gewoon niks beters te koop voor dat geld. Ik heb altijd met tegenzin op dat ding gereden.

Ik doe er mijn krantenwijk ermee, dat wel maar herhaaldelijk knalt de uitlaat van de motor af en dat geeft me een teringherrie. In elke straat waar ik de krant bezorg rennen bewoners verschrikt hun huis uit; hoofden worden uit ramen gestoken om te zien welk onheil zich nu weer aan dient……………….na twintig keer zijn ze er wel aan gewend:’…………………oh, het is die klootzak op die achterlijke rooie brommer weer’.

Als ik in augustus een weekje vakantie heb van mijn krantenwijk, wil ik even heen en weer naar Raalte in Overijssel ……driehonderd kilometer heen  en tsja, ook terug diezelfde kilometers. De fietspaden, waar ik met de brommer op moet, zijn me toch slecht! Minstens zo slecht als mijn Magneetschokbrekers. Kuilen en ongelijkmatige bestrating. Gek word ik er van. Met geteisterde armen, rug en nek stuiter ik bij mijn vrienden, de boeren van Raalte binnen. Genieten van het oogstfeest aldaar, de ´Stoppelhaene´  is nauwelijks meer mogelijk. Ik revalideer drie dagen alvorens naar Rotterdam terug te keren.  Als ik er geld voor zou hebben, had ik mezelf met brommer en al op de trein gezet. Ook de terugweg is een zo mogelijk nog grotere lijdensweg. Ik vergeet de benzine in de gaten te houden en die is op een gegeven moment echt op. De volgende benzine pomp is tien kilometer van hier, zie ik op het informatiebord langs de autosnelweg. Tering! Luid toeterend, joelend en gierend van het lachen, passeren mij leeftijdsgenoten op geavanceerde, gestroomlijnde machientjes: Puch en Tomos. Aan het uitermate hoog gepositioneerde stuur zit een trendy, in het leer gestoken mannetje, achterop, gillend en een beetje hysterisch lachend, een langharige, blonde schonen in hotpants. Zo is de atmosfeer waarin ik ruim één uur lang de zware benzineloze Magneet voort mag duwen, want zo ver weg blijkt de eerstvolgende benzinepomp te zijn. 
De Magneet brengt me uiteindelijk wel thuis. Afgemat, tot op het bot versleten, kruip ik op handen en knieën ons huis binnen en ga vervolgens een dik half uur heel hard zitten huilen, puur van de pijn overal, in heel mijn lichaam, in heel mijn geest.

Behalve dat ik me sowieso altijd al grandioos voor lul voelde zitten op die brommer, was die ook nog om de haverklap kapot ook. Een schuldgevoel knaagde ook steeds aan me als ik die klote-Magneet (Magniet) zag,  aan dat ding dacht of erover droomde. Met die zes gulden per maand, had ik voor  mijn broertjes nu eens een extra paar sokken, dan eens nieuw setje warm ondergoed, een lekkere shawl, een muts, een voetbal, een zakje knikkers of een bazooka kunnen kopen. Tsja. Dat taaie, ongerieflijke schuldgevoel bekroop me voor het eerst toen ik in de Rotterdamse Afrikaanderwijk op het ding plaats nam.  Het gevoel bleef, zelfs ook nog nadát ik er voor de allerlaatste keer van afstapte. Ergens in Vlaardingen was dat. Het waardeloze vervoermiddel weigerde weer eens te starten. Zonder hem op slot te zetten liet ik de Magneet in de stationsstalling achter…
’voor de ''gelukkige'' vinder' dacht ik…..
Ik wist dat ik niet meer terug zou gaan om het monster op te halen. Van de Magneet was ik af maar niet van het zeurende schuldgevoel. Het zal nog wel minstens twee jaar blijven etteren......misschien nog wel langer. Precies na twaalf maanden heb ik hem afgedankt en daarna moet ik nog eens vierentwintig maanden lang 8 gulden per maand aflossen. Jaren nog daarna, ja, ook vandaag de dag nog schuurt de herinnering aan de Magneet op afbetaling, als zand in mijn zwembroek.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten