dinsdag 4 januari 2011

Coentje bedankt!

Coenraadt (Coen) Moulijn
Geboren in Rotterdam op 15 februari 1937.
Gestorven in Rotterdam op 4 januari 2011

Hij speelde in de jaren vijftig, zestig en zeventig als
linksbuiten bij Feyenoord en het Nederlands Elftal.

Hoewel ik 13 jaar van mijn leven in Spangen heb gewoond, 8 jaar in Delfshaven en twee jaar ergens op Zuid voel ik me toch vooral een man van het Oude Noorden. In totaal woon ik hier nu bijna veertig jaar. Op veel plekken hier in de wijk hangen vandaag  vlaggen halfstok. Want Coen mag dan voor Feijenoord honderden wedstrijden gevoetbald hebben, de Europa Cup I en de Wereldbeker hebben gewonnen……hij heeft dat gedaan als zijnde voor altijd en eeuwig,  in hart en nieren, een  Oude Noorden man.  Als Oude Noorderling voel ik me vandaag zowel zeer verdrietig als zeer trots.
Op het teletekst bericht waarin de NOS het overlijden van Coen Moulijn meldt, staat de schandalige tekst:  ’Coen Moulijn groeide op in het wat armoedige Oude Noorden’…… had de NOS het Oude Noorden geen ‘oude Rotterdamse volksbuurt kunnen noemen’?

Een paar keer heb ik vandaag een traantje moeten wegpinken.  Als ik mensen, die hem beter kennen hoor zeggen: ‘Coen is niet alleen goede voetballer geweest……….hij was ook een heel fijn mens, een goeie man.’  Ja, dat is precies wat ik ook van Coen dacht: een vriendelijke, aardige man.

Coen heeft geen gemakkelijk leven gehad…………….een echtscheiding………..een zoon geboren met een handicap….....diezelfde zoon, die nog geen jaar terug stierf........

Coens eerste voetbalclub was Xerxes. Een club van Noord. Mooi shirt: horizontaal blauw-wit gestreept. Tot 1955 speelt Coen bij Xerxes, daarna gaat hij naar Feyenoord.
Waar hij zijn loopbaan als betaald voetballer ook zal eindigen.

Zijn familie heeft lang in het Oude Noorden gewoond. In de Bloklandstraat,  waar hij geboren en getogen is, hebben trotse Oude Noorderlingen in 1990 een monumentje voor Coen in gebruik genomen: het muurtje van Coen Moulijn. Waarom dat muurtje? Gewoon omdat Coentje heeft leren voetballen ‘tegen muurtjes’.
Vóór de stadsvernieuwing in de oude wijken begint, zijn er volop muurtjes waar tegenaan gevoetbald kan worden. In het begin van de jaren zeventig van de vorige eeuw zijn vrijwel al die muurtjes weggesloopt. Allemaal huisjes met tuintjes en geveltjes met veel glas komen er voor in de plaats. Daarom is dat Coen-muurtje. Zo’n muurtje, waar je een echt doel met een net op kan tekenen en waarin je dan kan scoren door de bal er met je sterke rechter kei- en keihard in te rammen………..of je oefent natuurlijk op het verzenden van subtiele stiftballetjes net over de rand van het muurtje…..dat kan natuurlijk net zo goed. Coen had in ieder geval al zijn technisch vernuft aangeleerd in die voetbalvriendelijke Bloklandstraat waar dan nog nauwelijks auto’s te bekennen zijn.

Wat een feest om Coen in een van zijn laatste wedstrijden op het allerhoogste nivo te mogen zien schitteren. De Europa Cup I finale in het San Siro Stadion in Milaan. Feyenoord-Celtic. Mijn vriendin en ik zijn er in 1970 speciaal voor naar Italië gelift. Feyenoord met Coen Moulijn,  wint de Cup met de grote oren. Het is voor mijn vrouw de eerste en laatste keer dat ze in een stadion kijkt naar voetbalprofs. Het is haar ding niet.
Jaren later het zal 1990 zijn, na een juniorenwedstrijdje  van mijn zoon bij Xerxes thuis, loop ik met vrouw en zoon richting uitgang. Ik zie dat zij met meer dan normale belangstelling het spel volgt op het voetbalveld waar wij langs lopen.
‘Hé Jee,’ zegt ze, ‘moet je kijken daar………dat lijkt dat mannetje wel dat jaren geleden in Milaan, weet je nog, bij Feyenoord meedeed…….in zijn bewegingen is het hem precies.’
‘Cora……..wat goed….je hebt helemaal gelijk, dat is Coentje Moulijn!’
Hij moet inmiddels een eindje in de vijftig zijn. Speelt hier bij Xerxes in het zesde seniorenteam; is tonnetje rond. Desalniettemin draait hij de veel jongere achterspelers van de tegenstander nog regelmatig dol. Iets meer als vroeger neemt hij zijn pauzes; stuurt zijn jongere teamgenoten ‘de ruimte’ in. Mijn zoon van 11, die nog nooit van Coen gehoord heeft, blijft geboeid naar zijn spel staan kijken, stoot me aan en zegt dat die bolle ‘echt wel bruut kan ballen’.
Bedankt Coen en Rust zacht.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten