woensdag 13 april 2011

Tompouce

Herhaaldelijk denk ik de laatste tijd aan echtscheiding. Ik heb het er nog niet met Carola over gehad maar het s-woord ligt al enige tijd op het puntje van mijn lippen. Waarom moet je zonodig gaan scheiden, na ruim veertig jaar samenwonen? Een van de redenen is dat bijna alle stellen, die we kennen, inmiddels uit elkaar, dood of half dood zijn 
Af en toe bekruipt mij de gedachte:  waarom scheid ik óók niet voordat ik daar überhaupt te oud, te krakkemikkig voor ben. Want als krakkemik kan je maar beter niet uit elkaar gaan! Je komt nooit meer aan de vrouw. Geef de dames maar eens ongelijk!
Volgens de statistieken leven dames gemiddeld ook nog eens tien jaar langer dan heren. Een slim oud wijf weet donders goed, dat zo'n gezellige sportieve ouwe vent razendsnel een zorgbehoevende krakkemik kan worden.  Heel erg leuk dus zo'n oud snel ventje in de buurt maar niet àl te dichtbij.
Na een eventuele aanstaande  echtbreuk, zo denk ik nu,  ga ik toch wel weer het liefst met de een of andere vrouw samenwonen.  Niet dat ik al iemand op het oog heb; dat allerminst. Ik ben nu alleen nog maar een beetje aan het filosoferen over het leven na Carola. Nu heb ik nog een prima conditie.......lichamelijk althans. Het is dus: nu of nooit!
 Liza, een leuke jonge dame (49) van de theatervereniging, denkt er volgens mij ook zo over. Want toen ik eens met haar aan het filosoferen was over relaties en zo zei ze: 
'Jee, je moet eens een goed gesprek voeren met je vrouw.'

Carola is een sterke vrouw. Vele malen sterker dan ik. Emotioneel dan. Praten over onze echtscheiding: geen probleem voor haar. Dat weet ik wel zeker. Ze heeft in de loop der jaren al zo veel met me te stellen gehad.  Wel ergere dingen dan zoiets simpels als een echtscheiding: 
verkeersongelukken,  vergokt vakantiegeld, verdwenen poezen, uitslaande branden, geplette hamster, gesmolten ijstaarten, vreemdgaan,  opnames psychiatrie.
Kortom, ze is  wel wat van me gewend en......het  was natuurlijk in al die al die veertig jaren niet alléén maar kommer en kwel. Twee prachtige zonen! En wàt hebben we gelachen.  

Om het praten over onze echtscheiding wat te veraangenamen heb ik voor bij de koffie een paar tompoucen gekocht; tompoucen, Carola is er dol op:
‘Het lijkt mij een goed idee om binnenkort uit elkaar te gaan, Carola,' zeg ik, ' veertig jaar samen:   dat is toch mooi......dat is toch heel mooi geweest. Genoeg ook....lang genoeg. 
Nu plagen we elkaar steeds. Ik  plaag jou,  met je vele snoepjes en koekjes, je dikke lijf, je nicotine-, koop- en tv-verslaving en je weerzin tegen sex. Dan plaag jij mij weer met mijn gok- , alcohol-  en voetbalverslaving, mijn toupetjes, mijn kikkervisjes en mijn bijna ziekelijke geilheid.
Ik zal dan, als het eenmaal zo ver is, een klein huisje  hier in de buurt gaan huren.  Dan krijg jij ook eindelijk eens wat rust, Carola  en als jij eens hulp nodig mocht hebben voor het een of ander, dan ben ik altijd heel nabij, toch?'

Carola heeft al die tijd niets gezegd. Haar gezicht, dat meestal boekdelen spreekt, kan ik nu even niet zo goed zien, omdat ze zojuist haar tompouce over mijn gezicht heeft uitgewreven.
‘Ik ben even de fiets in de berging zetten, Jee. Jòùw tompouce eet ik straks wel op!'

Geen opmerkingen:

Een reactie posten