zaterdag 28 mei 2011

Kleurrijk (1)

Op en rondom de trap van de entré van het  Rotterdamse stadhuis krioelt het van de feestelijk geklede mensen; als ik me niet vergis Antilianen.  Een drietal blanke musici maakt muziek op het bordes van het stadhuis; ze spelen trompet, saxofoon en trombone. De muzikanten zijn allen gekleed in grijze kostuums; hun colbertjes glinsteren in de zon. Alle drie hebben ze een gedistingeerd sikje.

Van de aanwezigen loopt de helft met een fototoestel.Klaar om af te drukken. De gebeurtenis waarvoor iedereen hier is, nadert met rasse schreden. Op het fietspad staat een aantal Oldtimers (Fords en Spykers). Ik zie die drukte wel als ik langsloop maar vind het niet bijzonder genoeg om er bij stil te blijven staan.

Ik moet geld hebben. Dus ik loop linea recta naar het Stadhuisplein. Daar is een muur met wat geldautomaten. Ik moet namelijk mijn fietsreparatie betalen. Geen idee wat het gaat kosten maar ik neem in ieder geval zeventig euro op.

Dan hoor ik opeens opgewonden geluiden opstijgen van de overkant ter hoogte van het stadhuis. Een gigantische witte Mercedes, die zeker plaats biedt aan twaalf personen, rijdt het trottoir op voor het stadhuis. Er wordt door de omstanders enthousiast gejuicht en geapplaudisseerd. De musici blazen, zo lijkt het, met iets meer elan op hun toeters. 
Een kleine corpulente neger van rond de vijftig  stapt uit die voormalige witte pooierwagen. Wederom hard applaus, vrolijke muziek. Meneer kijkt rond, steekt zijn armen in de lucht en zwaait naar de aanwezigen. Alsof hij een soort kampioen is in het een of ander, die door een uitzinnige menigte toegejuicht wordt. Dan komt de caramelkleurige bruid uit de aso-giga-benzine-slurper. Ze is zeker twee koppen groter dan de bruidegom, uitermate volumineus en beslist niet alleen omdat ze hoogzwanger is. Haar lange, mouwloze, kaki kleurige bruidsjurk is in de auto flink opgekropen.  Het eerste wat haar dus te doen staat na dat ze is uitgestapt is de jurk naar beneden sjorren. Ondertussen lijken de omstanders zo mogelijk nòg opgewondener voor háár dan voor hèm. Ook de musici doen nu er nog een schepje bovenop.
‘Oh when the saints, go marching in,’  toeteren ze vrolijk maar toch professioneel. 
Zoals een zangeres na een succesvol optreden buigt ze naar het publiek; alle kanten op. Ze zwaait met haar bovenarmen in de lucht. Haar slappe vleespartijen  aan de bovenarmen doen zonder tegen te sputteren mee. De belangstellenden verdringen elkaar voor een goed plaatsje om het allermooiste plaatje te kunnen schieten van dit blijkbaar zo populaire paar, het stralende middelpunt van de drukte hier op het bordes van het stadhuis.

Terwijl  de drukte zich langzaam verplaats naar de trouwzaal in het stadhuis,  ga ik  mijn gerepareerde fietsje ophalen.  Vóór de fietsenmaker, maakt een man, grijze baard, rode schoenen,  zwarte muts en een lange donkerblauwe regenjas, zijn fiets vast aan een parkeerbeugel. Als ik langs hem loop, knikt hij beleefd in mijn richting en zegt:

‘Goedemiddag dames,’…….

De schade bij de fietsenmaker valt mee. Twintig euro voor een nieuwe binnenband, een paar nieuwe spaken en een paar druppeltjes rijwielolie voor de ketting.  


morgen Kleurrijk (deel 2)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten